Dijenangst

De Taaldokter hoorde met een half oor iemand op tv, die het vermoedelijk had over een computerprogramma: ‘Dit is bijvoorbeeld een appel. Die kun je uit laten deinen, en daardoor krijgt die appel een eigen karakter.’ Afgezien van het merkwaardige gesuggereerde verband tussen groei en karakter werd zijn halve oor natuurlijk getroffen door dat ‘uitdeinen’. Why? Dacht de spreker echt dat ‘uitdeinen’ ‘groter worden’ betekent? Hoorde hij halverwege zijn zin ‘uitdijen’ aankomen en hypercorrigeerde dat?

Hoe één versprekinkje vragen oproept die uitdijen als het heelal zelf. En de Taaldokter schoot glimlachend zijn eigen vrees voor – maar tegelijkertijd heimelijke aantrekking door – het ‘dijenvlees’ op de kaart van een ‘fusionrestaurant’ aan de Amsterdams Zeedijk te binnen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *