(uit Het Parool van heden)
Over het algemeen is het natuurlijk helemaal niks, dat volk, maar gelukkig is nu de Kwaliteitschinees er weer. Gewoon een robuuste Chinees met een goede smaak en geld op zak. Niet zo’n armoedige, bekpekkende zoetwaterchinees, maar een echte Kwaliteitschinees, die z’n geld bij óns uitgeeft. Een voorbeeldchinees, zou je ook kunnen zeggen.
Hoewel dit specifieke geval in eerste instantie wellicht associaties oproept met een ‘Chin. Ind. Spec. Rest.’, is het type samenstelling potentieel productief. Van ‘kwaliteitsarts’ tot ‘kwaliteitskok’: het kan allemaal. Dus waarom niet met nationaliteiten? Mij benieuwen wanneer de eerste kwaliteitsnederlander begint over de kwaliteitsturk.
