Kritische benaderingen van epistemologische aard

 

 

 

 

Opvallende kenmerken van bullshit (niet alleen van kunstbullshit) zijn het gebruik van Grote Woorden, interessanterige adjectieven en zeer veel woorden in het algemeen – alles het liefst in combinatie. Dat hoeft allemaal geen probleem te zijn: uit angst voor Grote Woorden is zelden iets zinvols voortgekomen, bijvoeglijke naamwoorden kunnen verhelderend werken, en een grote hoeveelheid tekst kan een lust om te lezen zijn.

Maar: de zeldzame kijker die zich de moeite getroost alles te lezen in het Amsterdamse fotomuseum FOAM kan weinig anders dan concluderen: ‘Aha. Fotojournalisten doen wat ze goeddunkt en hier hangt daar zo’n beetje een willekeurige selectie uit’.

Willekeur, persoonlijke voorkeur, toeval: het mag allemaal best de grondslag vormen voor exposities. Maar het zou wel verfrissend zijn als dat gewoon eens werd gezegd, en als de tekstuele pretenties wat werden ingetoomd.

Want wat wordt er nu weer beweerd? Aan Grote Woorden geen gebrek: ‘onverwachte renaissance’, de ‘dood van de fotojournalistiek’, ‘paradigma’s’. Ook de adjectieven ontbreken niet: een ’transformatie’ is ‘radicaal’, ‘concepten’ zijn ‘fundamenteel’, een ‘autoriteit’ is ‘absoluut’, een ‘figuur’ ‘almachtig’ of ‘heroïsch’ en een ‘beeld’ ‘iconisch’. En natuurlijk is er veel, heel veel tekst. Zo heeft die renaissance niet alleen te maken met ‘nieuwe werkwijzen’, maar ook maar meteen met nieuwe ‘strategieën, perspectieven, technieken en spelers’. En de ‘kritische benaderingen’ zijn maar liefst ‘ethisch, politiek, maatschappelijk, esthetisch, theoretisch als epistemologisch’ van aard.

Mag het een onsje meer zijn? Ja hoor: er moet ‘iets heel anders gaande zijn’, er moeten zich ‘ware omwentelingen;’ hebben voorgedaan, ‘benaderingen’ moeten ‘hun eigen geschiedenis en een veelheid aan uitingsvormen’ hebben, ‘clichés’ moeten ‘systematisch bekritiseerd’ worden, en ’tegenvoorstellen’ moeten ‘zijn gekenmerkt door een diepgaande en hartstochtelijke trouw aan het beeld’. En dat beeld, dat ‘is bevrijd van traditionele eisen’ en ‘vrij om andere vragen te stellen, andere stellingen te deponeren [sic] en andere verhalen te vertellen.’

Langzaam begint de kijker het lachen te vergaan. Een mens wil ook wel eens ‘een leuke tentoonstelling met werk van goede fotografen’. En o, dat verlangen naar foto’s die gewoon foto’s zijn en geen ‘verhaal vertellen’ – laat staan ‘vragen stellen’!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *