In de folder Kijken in de kerk leest de Taaldokter over enkele Amsterdamse kerken. Twee springen er uit: de ‘Christelijk Gereformeerde Kerk’ en de ‘Crossroads International Church’. De eerste wordt beschreven als ‘rustgevende manier van kerk zijn in een prachtig gebouw’ en de tweede als ‘eigentijdse vorm van kerk’.
Een rustgevende manier van kerk zijn en een eigentijdse vorm van kerk. Raadselachtig, zoals dat geloof zelf: waarom niet geschreven: een rustgevende en een eigentijdse kerk? Waarom dat ‘manier van’ en ‘vorm van’? Om maar te zwijgen over dat ‘kerk zijn’.
Is dit ‘christelijks’?