Na haar aftreden als minister kwam E. Vogelaar weer veel in het nieuws, waarbij het de Taaldokter opviel dat vele commentatoren het nu ineens wél over haar platte accent hadden. Rustte daarop een taboe toen zij nog in functie was? Was het toen té erg om over te spreken? Dat zou niet onbegrijpelijk geweest zijn. De Taaldokter rezen in elk geval de haren te berge toen hij haar als minister van ‘waunen, waiken en integrasie’ voor het eerst het woord hoorde voeren. Dat plotseling commentaar achteraf komt hem echter voor als mosterd na de maaltijd. Of heeft hij iets gemist?